Ds. P. (Piet) de Jong uit Rotterdam sprak over het thema: “Het gaat best goed met de kerk. De moed om kerk te zijn”. Eigenlijk een vreemd thema als je om je heen kijkt: veel kerksluitingen en ongeveer 60.000 mensen die per jaar de PKN verlaten. Hoe kan het dan toch goed gaan met de kerk?
De eerste christengemeente lijkt een modelgemeente waar je direct lid van zou worden. Petrus hield een “beginnerspreek” en toch leverde dat ongeveer 3.000 dopelingen op. Hoe dat kan? We lezen in Handelingen 2: 41 – 47 en in 4: 32 – 36 over volharding en groei. De concentratie van deze gemeente is gericht op Christus:
- Ze bleven trouw/volhardend in de leer van de apostelen (Bijbelstudie doen, wij zijn een woordkerk geworden, maar kijk ook om je heen naar de anderen). Blijf trouw; dat is een gave van de Geest.
- Ze vormden een gemeenschap (groeien in gemeenschapszin, leven van genade, ben je bereid te delen van wat je hebt).
- Ze braken het brood met elkaar (avondmaal?). Belangrijk is dat je aanwezig bent, ook al wil je misschien niet. Houd vol.
- Ze baden samen. Een gebedsgroep en een gebedsbrief zijn belangrijk en essentieel. De kracht van het gebed moet je nooit onderschatten.