Op deze eerste zondag in de veertigdagentijd lazen we Marcus 6: 14 – 29. Hierin wordt beschreven dat Johannes de Doper ter dood wordt gebracht door Herodes. Een gruwelijk drama met vier spelers die misschien wel herkenbaar zijn.
- Herodias: een bloeddorstige vrouw die het op Johannes voorzien heeft omdat hij de waarheid heeft verteld en dat komt haar niet goed uit. Ze voelt zich beschuldigd en wil wraak nemen. Misschien is dat voor ons wel herkenbaar? Maar dan gaat het van kwaad tot erger en kun je nauwelijks meer verder met je leven.
- Salomé: de dansende dochter van Herodias, een werktuig in handen van haar moeder. Eigenlijk is ze een “pleaser” die haar omgeving wil behagen. Herkenbaar? Durf ik “nee” te zeggen omdat er een hogere loyaliteit is? Gooi je eer niet te grabbel.
- Herodes; de koning, een man met een geweten die in zijn hart weet dat Johannes gelijk heeft. Hij is niet sterk, een gespleten mens. Hij laat Johannes onthoofden, maar hij blijft hem zien in zijn dromen. Kennelijk spreekt zijn geweten nog. Wie of wat spookt rond in jouw gedachten? Blijf er niet mee rondlopen, maar biecht op wat je gedaan hebt en beken. Dat kan zo bevrijdend werken!
- Johannes: de voorloper van Jezus die zaken aan de kaak stelt, zelfs als hem dat zijn leven kost. In hem denken wij aan onze broeders en zusters die lijden omwille van het kruis.
Johannes was opgestaan in Jezus. Wat is in jouw leven het waard om te mogen opstaan in Jezus? Is het je trouw, je nederigheid, je geloof, je …?
Nog een keer de dienst bekijken:
