Relaties

Huwelijk, homoseksualiteit en de praktijk van het gemeenteleven in De Fontein

Geloofsgemeenschap De Fontein heeft een aantal richtlijnen opgesteld hoe we omgaan met alternatieve relaties in onze gemeente:

  1. We geloven dat God de mens heeft geschapen in het onderscheid van man en vrouw. We geloven dat God de bedenker is van de verbintenis tussen man en vrouw. Dit heeft God gewild ‘vanaf het begin’. Een huwelijk is een verbintenis tussen een man en een vrouw, die in principe voor het hele leven is. Dit huwelijk is afbeelding van relatie Christus (bruidegom) en de kerk (bruid). Een huwelijk tussen man en vrouw staat open naar vruchtbaarheid, ook al is een huwelijk zonder kinderen niet minder dan met kinderen. In de kerk, en dus ook in de Fontein, wordt een huwelijk voor Gods aangezicht gebracht: voor God beloven man en vrouw elkaar liefde en trouw tot in de dood. De voorganger zegent hun huwelijk in Gods naam.
  2. Het huwelijk is geen must. De Fontein is een plaats van gehuwden, nog niet gehuwden, niet meer gehuwden en niet gehuwden. Er zijn tot op de dag van vandaag christenen die het als hun roeping zien om niet te trouwen. Deze roeping is tegelijk een gave aan de Kerk. Zij nemen een volwaardige plaats in het midden van de gemeente in en herinneren ons eraan geheel toegewijd te zijn aan Christus.
  3. Er zijn mannen en vrouwen die er in de loop van hun volwassenwording achter komen dat ze aangetrokken worden door mensen van hetzelfde geslacht. Op een gegeven moment zullen ze erkennen dat ze homo of lesbienne zijn1. Als Fontein willen we uitspreken en uitstralen dat ook zij volwaardig tot onze gemeente horen. Zij hoeven zich noch ‘schuil te houden’, noch zich voor minderwaardig te houden.
  4. In onze Nederlandse samenleving is, anders dan in andere tijden en landen, de mogelijkheid om als homo’s een relatie aan te gaan. Die relatie kan in ons land als huwelijk worden aangemerkt. In de Fontein wordt verschillend gedacht over de vraag of een dergelijke relatie kan bestaan in de ogen van God.
  5. Wij hebben over dit onderwerp met elkaar van gedachten gewisseld en zullen dat blijven doen. Daarbij willen we voorkomen dat het in dit gesprek ‘over homo’s zonder homo’s’ gaat of dat het zou gaan om een ‘probleem’ dat wij moeten oplossen. Wij vinden elkaar in de overtuiging dat we allen geroepen zijn om te leven in gehoorzaamheid aan God en zijn wil. Wij aanvaarden daarbij de Bijbel als bron en norm van ons handelen. We zijn echter, ook na het gesprek te hebben gevoerd en ook na het getuigenis van de Bijbel te hebben gehoord, niet tot een unaniem oordeel gekomen over de vraag of een homoseksuele relatie onderdeel kan uitmaken van het leven als christen, ook al lijkt een meerderheid van onze gemeente hier ja tegen te zeggen.
  6. Hoewel we het dus hierin niet eens zijn, zullen we elkaar toch blijven aanvaarden als leden van hetzelfde lichaam, de Kerk van Christus, gedachtig het woord: aanvaard elkaar ter ere van God, zoals Christus ons aanvaard heeft (Rom. 15:7). De band van de liefde omvat de tegenstelling van opvattingen over dit thema.
  7. Dat betekent concreet dat we in de Fontein ieder willen uitnodigen om op de momenten dat hier het gesprek over wordt gevoerd, met vrijmoedigheid over dit thema te spreken. De liefde geeft ruimte voor het open gesprek en keert zich tegen het taboe op een bepaalde mening. Het betekent ook dat we in ons spreken en handelen rekening houden met elkaars gevoelens en dat we er niet op uit zijn ons gelijk binnen te halen.
  8. Homo’s die vanwege hun gehoorzaamheid aan Christus en het gebod van God besluiten om celibatair te leven, zijn een gave aan onze gemeente (zoals dat op een andere manier ook voor niet getrouwden geldt, zie punt 2). Zij leven voor dat een leven met Christus nooit de gemakkelijkste weg is. Met hun levenswijze roepen zij ons allen in gehoorzaamheid de weg te gaan achter Christus.
  9. Homo’s die een relatie hebben, zijn van harte welkom in onze gemeente. Zij worden, wanneer zij leven in het geloof in Christus, uitgenodigd aan de tafel van de Heer. Wij willen de gaven erkennen die zij van Christus hebben ontvangen en nodigen hen uit die gaven aan te wenden tot opbouw van het lichaam van Christus – ook als dit de gaven om leiding te geven betreft. Wij respecteren en erkennen hiermee de weg die God met onze medegelovigen die homo zijn, gaat. Wij beseffen dat dit voor een deel van onze gemeente een pijnpunt is.
  10. Het ligt nu niet op de weg van de Fontein om een voorganger te beroepen of te benoemen die in een homoseksuele relatie leeft. Immers, een deel van onze gemeente zou geblokkeerd kunnen zijn in de ontvankelijkheid voor de bediening van deze voorganger. Voor een deel van de gemeente zou het beroepen/benoemen van een dergelijke voorganger wel een aanvaardbare keuze zijn en dus betekent dit voor hen een pijnpunt.
  11. In de Fontein is geen ruimte voor de inzegening van een homohuwelijk omdat we huwelijk zien als een levensverbintenis tussen een man en een vrouw. Wel is er ruimte voor een homopaar dat tot onze gemeente behoort om een zegening te ontvangen over hun relatie als een relatie van liefde en trouw. We zoeken daarbij een vorm (tijd, plaats, en wijze van zegening) die rekening houdt met de gevoelens en opvattingen die hierover in onze gemeente leven. Een zegen dus, die met een goed geweten wordt gegeven op een wijze die niet provocerend is.

1. In het vervolg wordt steeds het woord ‘homo’ gebruikt, dat volgens hedendaags spraakgebruik ook lesbiennes kan omvatten.