Algemeen

Samen danken en bidden, (nr. 24, 9 februari 2024)

“God van troost, U bent er, ook al zouden wij niets van uw aanwezigheid voelen. Uw aanwezigheid is onzichtbaar, maar uw Heilige Geest is altijd in ons”.

Deze tekst van frère Roger van Taizé viel mij tegemoet. Dus noem ik het onderwerp van mijn bijdrage: Vindplaatsen van God.

Opnieuw wordt er een poging gedaan om met een groep jongeren naar Taizé in Frankrijk te gaan. Wij zijn er vele jaren geweest. Ook en allereerst met jongeren, later op de heen en terugreis van onze vakanties, of als doel. We bleven altijd meerdere dagen. Deze kloostergemeenschap doet iets met je. Het is een vindplaats van God. Aan het begin van zo’n verblijf zie je de jongeren aarzelen. Getijdengebeden zijn immers niet zo ons ding, als protestanten. Drie keer per dag naar de kerk om te bidden? Velen vinden dat wat veel. Maar halverwege het verblijf gebeurt er iets. Jongeren kijken op hun horloge en haasten zich naar de kerk. Hoe kan dat? Zijn het de liederen, die in je blijven zingen? De ontmoetingen? De ontmoeting, als groep, met een broeder? De schriftlezingen? De stilte? Of is dit een plek waar al zovele jaren de gebeden hangen van mensen vanuit de hele wereld waar wij die van ons invoegen.   Een vindplaats van God. Dit moet wel van de Heilige Geest zijn. In Taizé is het elke vrijdag, “Goede Vrijdag” en elke zaterdagavond “Pasen”.

Dat noem ik een vindplaats van de Heilige Geest. Het maakt je stil, want God is hier. Je mag bij Hem schuilen met alles wat in je leeft, je veilig voelen en weten waar het op uit loopt, op “Uw Koninkrijk kome”, omdat het in en door Jezus is gekomen. Wat er ook gebeurt en wat ons zal overkomen, toch is het God die wint.

Moeten we nu allemaal naar Frankrijk voor zo’n vindplaats van God? Of naar Opwekking, of … noem maar op? Zeker niet. Afgelopen zondag vierden we het Heilig Avondmaal. God komt ons, door Zijn Zoon rakelings nabij. Het is een maaltijd die we mogen vieren met de opgestane Heer zelf als gastheer.  We gedenken wat Hij voor ons heeft gedaan en bedenken dat Hij de levende is, die is opgestaan. Gedenken is niet herdenken. Herdenkingen doen we bij de dodenherdenkingen. Maar Jezus leeft.

Er zijn meerdere vindplaatsen van God. Plekken waar gebeden wordt, geluisterd en waar de Heilige Geest alle ruimte krijgt. In de kerken, in de huizen, in onze harten.

Ik denk dat de Geest op zoek is naar zulke plekken waar mensen bijEen komen voor gebed. Huizen van gebed als vindplaats van de Heilige Geest. Dat is dan ook een plek waar God kan spreken en waar je samen luistert afweegt, overdenkt en afstemt op God.

Wat zou het fijn zijn als ook het gemeentegebed van onze gemeente, dat nu door vier mensen al lange tijd trouw wordt bezocht, uitbreiding zal krijgen. Zoveel, dat het niet meer in een huiskamer past.

Lied 815 uit bundel opwekking zingt in mijn hoofd: “Vul dit huis met Uw glorie”  Het is een aanbiddingslied. Vul dit huis met Uw aanwezigheid.

Froukje Karelse-Dijk